Boeiend Bijbellezen: zo zorg je voor contact en aandacht
We weten allemaal wel dat droog voorlezen niet werkt. Maar hoe maak je het levendiger? Hoe zorg je ervoor dat je kind echt betrokken luistert wanneer je Bijbelverhalen voorleest? Interactie is hierbij het sleutelwoord. Met de volgende praktische tips gaan je voorleesmomenten meer leven.
Ik herinner me nog goed hoe wij thuis vroeger uit de Bijbel lazen. Aan het einde vroeg mijn vader vaak: ‘Over wie ging dit verhaal?’ Een inkoppertje: het antwoord ‘Jezus’ was altijd goed. Want ook al ging het niet direct over Jezus, indirect toch weer wel…
Als ik nu aan onze zoon uit een kinderbijbel voorlees, probeer ik dat anders te doen. Ik stel hem ondertussen regelmatig vragen, zodat het een interactief wordt. Door het gesprek dat dan ontstaat, betrek ik hem bij het lezen en houdt hij de aandacht er voortdurend bij, omdat hij merkt dat hij iets heeft in te brengen: zijn antwoorden doen ertoe. Het verhaal is dan niet meer iets dat alleen aan hem verteld wordt, maar iets waar hij deel aan heeft en een bijdrage aan kan leveren.
Hoe stel je vragen?
De beste vragen die je kunt stellen zijn open vragen. Dus niet alleen: ‘Ken je deze persoon?’, maar ook: ‘Waarvan ook alweer?’ Stuur daarbij niet te veel naar het ‘goede’ antwoord, maar blijf open en nieuwsgierig naar wat je hoort en vraag daar zo nu en dan op door. Stel ook eventuele andere volwassenen aan tafel een vraag. Het kind merkt dan dat meerdere antwoorden prima zijn en dat iedereen wat kan leren van het verhaal.
Ik stel zelf maximaal zes, zeven vragen, om niet al te veel af te dwalen. En tegelijk, waarom zou afdwalen eigenlijk erg zijn? Het gebeurt ons regelmatig dat we in een boeiend gesprek over God belanden, dat zo lang duurt dat we het verhaal de dag erna wel afmaken…
Als jullie voor het eerst vragen invoeren tijdens het voorlezen, kan het onwennig zijn. Sommige kinderen voelen zich wat overvallen. Maar als je geduldig en open blijft, zullen ze er gauw mee vertrouwd raken en veel plezier krijgen bij het voorlezen.
Welke vragen stel je?
Een aantal voorbeeldvragen die iedereen kan gebruiken:
- Aan het begin van het verhaal: ‘Hé, dit verhaal gaat over… Weet je nog wat we gisteren lazen? En hoe liep dat af?’
- Als je een persoon tegenkomt: ‘Hé, kennen we die niet ergens van? Heb je die naam eerder gehoord? Weet je nog wie dat is?’
- Bij jongere kinderen, voor wie de Bijbelse personen nog onbekend zijn, is het leuk om interactie uit te lokken aan de hand van geluid. Als je in het verhaal een dier tegenkomt of iets dat geluid maakt, zoals een wagen of een hamer, kun je vragen: ‘Hoe klinkt dat ongeveer? Zullen we samen dat geluid maken?’
- Als er een onverwachte wending nadert, bij een cliffhanger dus: ‘Hoe zou dit verdergaan? Weet je misschien stiekem al hoe het afliep?’
- Bij een vreemd woord: ‘Huh, wat is dat?’
- Bij een ouderwets gebruik, zoals slavernij of offeren: ‘Waarom zouden ze dat vroeger zo gedaan hebben? Waarom doen we dat nu anders?’
- Bij iets dat bekend voorkomt: ‘Heb je dat eerder gehoord? Wie maakte dat ook mee?’
- En aan het einde van het verhaal: ‘Wat zou dit verhaal betekenen? Wat zegt dit over God? Als dit in onze tijd zou gebeuren, hoe zou dit dan gaan?’
Kinderbijbels met gespreksvragen
Het kan lastig zijn dit soort vragen telkens zelf te bedenken. Gelukkig bestaan er kinderbijbels waar al gespreksvragen in staan, zoals de Liedjesbijbel, Gespreksbijbel, Samenleesbijbel Junior en Mijn Peuterbijbel.
Plezier gegarandeerd!
Geschreven door Reinier Sonneveld
Reinier Sonneveld is schrijver en coach. Hij studeerde theologie, begeleidt mensen in hun loopbaan en schrijft verhalen, o.a. voor een kinderbijbel; www.liedjesbijbel.nl.