Een zwerm sprinkhanen
Stap 29 – Route 1
Zet elke een week stap in de Samenleesbijbel en ervaar dat kinderen van 8-12 jaar zelf de Bijbel gaan ontdekken!
Lees samen het Bijbelgedeelte en bespreek de vragen of doe het opdrachtje. Bij elke stap vind je verschillende soorten verwerkingen zodat elk kind aangesproken wordt in zijn of haar leervoorkeur
De achtste straf
Exodus 10:1-20
De farao wordt weer gewaarschuwd
1Toen zei de Heer tegen Mozes: ‘Ga naar de farao. De farao en zijn dienaren zullen niet toegeven. Daar heb ik zelf voor gezorgd, zodat ik wonderen kan doen in Egypte. 2Jij moet daar later over vertellen aan je kinderen en kleinkinderen. Vertel ze dat ik mijn macht heb laten zien aan de Egyptenaren. En dat ik vreselijke dingen met hen gedaan heb. Dan zullen jullie begrijpen dat ik de Heer ben.’ 3Mozes en Aäron gingen naar de farao. Ze zeiden: ‘De Heer vraagt hoe lang u nog blijft weigeren om naar hem te luisteren. U moet zijn volk laten gaan. Dan kunnen ze de Heer gaan vereren. 4Als u weigert, dan stuurt hij morgen sprinkhanen naar uw land. 5Er zullen zo veel sprinkhanen komen, dat het hele land ermee bedekt is. De grond zal niet meer te zien zijn. De sprinkhanen zullen al het koren opeten. Ook het beetje koren dat er nog groeit na de hagel. Ook alle bomen eten ze op. 6Uw paleis zal vol zitten met sprinkhanen. En de huizen van uw dienaren en van alle Egyptenaren ook. Zoiets is nog niet eerder gebeurd. Uw voorouders hebben nog nooit zoiets meegemaakt.’ Daarna draaide Mozes zich om en ging bij de farao vandaan.
Alleen de mannen mogen weggaan
7De dienaren van de farao zeiden toen tegen de farao: ‘Hoe lang zal die man ons nog ellende brengen? Laat die mensen toch de Heer, hun God, gaan vereren. U begrijpt toch wel dat er op deze manier niets van Egypte overblijft?’ 8Mozes en Aäron werden weer bij de farao geroepen. Hij zei tegen hen: ‘Ga de Heer, jullie God, dan maar vereren. Maar wie gaan er eigenlijk mee?’ 9Zij antwoordden: ‘Iedereen. Jong en oud, mannen en vrouwen, schapen, geiten en koeien. Want we gaan een feest vieren voor de Heer.’ 10Toen zei de farao: ‘Ik vind het natuurlijk niet goed dat jullie je kinderen meenemen. Voor zoiets zal ik nooit toestemming geven! Nu begrijp ik dat jullie verkeerde plannen hebben. 11Het gebeurt niet! Jullie willen toch de Heer vereren? Dat mag, maar alleen de mannen mogen gaan.’ Daarna stuurde de farao Mozes en Aäron weg.
Er komen overal sprinkhanen
12De Heer zei tegen Mozes: ‘Houd je stok boven het land. Dan komen er sprinkhanen. Ze zullen alle planten opeten die na de hagel nog overgebleven zijn.’ 13Mozes hield zijn stok boven het land. Toen liet de Heer de hele dag en de hele nacht een oostenwind waaien. Toen het ochtend werd, had de wind sprinkhanen meegebracht. 14Er waren verschrikkelijk veel sprinkhanen, en ze kwamen in het hele land. Er waren nog nooit zo veel sprinkhanen geweest, en er zouden ook nooit meer zo veel sprinkhanen komen. 15Het hele land was ermee bedekt. De grond zag zwart van de sprinkhanen. Ze aten alle planten op en alle vruchten aan de bomen, alles wat er nog over was na de hagel. Er was in heel Egypte nergens meer groen aan de bomen of op het land.
De farao luistert niet
16Meteen liet de farao Mozes en Aäron komen. Hij zei: ‘Ik ben schuldig. Ik heb niet gedaan wat jullie God en jullie willen. 17Vergeef me toch nog één keer. Bid dat de Heer deze dodelijke ramp laat ophouden.’ 18Mozes ging bij de farao vandaan, en hij bad tot de Heer. 19Toen liet de Heer de wind draaien. Een harde westenwind nam alle sprinkhanen mee naar de Rietzee. Er bleef geen sprinkhaan over in heel Egypte. 20Maar de Heer zorgde ervoor dat de farao niet toegaf. Ook deze keer liet hij de Israëlieten niet gaan.
Geen toestemming
Nadat God het water van de Nijl in bloed had veranderd, had hij nog zes andere rampen laten gebeuren in Egypte. En nu brengt hij nóg een ramp over Egypte: hij stuurt sprinkhanen die alles opvreten wat op het land groeit. Na iedere ramp krijgt de farao een kans om een einde te maken aan de ellende in zijn land. Hij hoeft de Israëlieten alleen maar toestemming te geven om uit Egypte te vertrekken. Dat doet de farao ook wel, maar steeds als de ramp ophoudt en alle narigheid voorbij is, verbiedt hij de Israëlieten toch weer om weg te gaan.
- De farao geeft alleen de mannen toestemming om God te gaan vereren in de woestijn. De vrouwen en kinderen moeten in Egypte blijven. Waarom wil de farao dat, denk je?
- Waarom weigert de farao steeds opnieuw om de Israëlieten te laten gaan?
- Wat heeft God daar volgens dit verhaal mee te maken? Wat vind je daarvan?
Sprinkhanen
Sprinkhanen zijn kleine insecten. Normaal leven ze in hun eentje, en dan zijn ze niet gevaarlijk. Maar soms ontstaan er geweldig grote groepen sprinkhanen, dat noem je een zwerm. Eén zwerm kan uit miljarden sprinkhanen bestaan. Met z’n allen gaan die sprinkhanen op zoek naar eten. Ze kunnen op één dag honderden kilometers afleggen. Onderweg eten ze in een mum van tijd hele akkers kaal. Elke sprinkhaan kan net zo veel eten als hij zelf weegt. Sprinkhanen kunnen dus heel veel schade aanrichten.
Sprinkhanenpuzzel
Op de ruggen van de sprinkhanen vind je allemaal lettergrepen van woorden uit het verhaal. Kun jij alle negen woorden vinden?
De oplossing vind je onderaan de pagina!
Beleef waardevolle gezinsmomenten met de Samenleesbijbel
Oplossing
1. Egypte; 2. Mozes; 3. farao; 4. voorouders; 5. sprinkhanen; 6. paleis; 7. geiten; 8. kinderen; 9. bomen