Dapper als David: Bijbelse levenslessen voor kinderen
In Bijbelverhalen kun je veel levenslessen leren. Bijvoorbeeld over moed en zelfvertrouwen, of over de kracht van vriendschap en samenwerking. Laten we een paar Bijbelverhalen bekijken waarin een krachtige boodschap zit voor kinderen rond de 8-13 jaar.
1. David en Goliat: een les in vertrouwen
Het avontuur van David en Goliat (1 Samuel 17) is een aansprekend Bijbelverhaal voor kinderen, met als dieperliggende boodschap dat ook zij sterk en moedig kunnen zijn. David, een jonge herder, werd een sterke held toen hij de reusachtige Filistijnse strijder Goliat versloeg met niets anders dan zijn geloof en een simpele slinger. Met die slinger had hij eindeloos geoefend als herder – je zou het zijn talent kunnen noemen. Door zijn moed en vertrouwen op God overwon David.
Neem dit verhaal als uitgangspunt om met je kinderen te praten over de dingen die ze goed kunnen en over wat de waarde daarvan is. Bespreek ook over wat het betekent te vertrouwen op God. Zo leren ze dat ze zelf ook sterke helden kunnen zijn. Voorbeelden van vragen die je na het lezen van het verhaal kunt stellen:
- Waar ben jij heel goed in? Maak een lijstje van alle dingen die jullie kunnen bedenken.
- Noem eens een grote uitdaging in jouw leven?
- Wat maakt dit zo moeilijk voor jou?
- Hoe kun je God betrekken bij moeilijke dingen?
- Zou jij een van je talenten kunnen gebruiken om dit makkelijker te maken? (Pak het lijstje erbij!)
Tip: hang na afloop het lijstje op de badkamerspiegel of een andere plek waar ze het vaak zien.
2. De verlamde man: een les over vriendschap
Het verhaal van de verlamde man en zijn vrienden (Marcus 2:1-12) laat zien hoe belangrijk het is om vrienden te hebben die je steunen. Toen de verlamde man zelf niet naar Jezus kon gaan, brachten zijn vrienden hem daarheen voor genezing. Dat leek eerst onmogelijk – er stonden zoveel mensen om Jezus heen dat ze er nooit doorheen konden met de slaapmat – maar door samen te werken vonden de vrienden een manier om hem toch bij Jezus te krijgen. Dat was dat nooit gelukt als ze niet hadden samengewerkt.
Dit verhaal benadrukt hoe belangrijk vriendschap en samenwerking zijn. Moedig je kinderen aan om goede vriendschappen op te bouwen, en leer ze hoe ze elkaar kunnen helpen. Een paar gespreksvragen:
- Zijn er mensen voor wie jij je best zou doen om een slaapmat door het dak te laten zakken?
- Heb jij vrienden die het moeilijk hebben, of die binnenkort iets lastigs moeten doen?
- Hoe zou je die kunnen helpen?
- Kun je dat alleen, of zou het fijn zijn als anderen erbij helpen? Wie kun je daarvoor vragen?
3. De toren van Babel: goede en slechte samenwerking
Het verhaal van de toren van Babel (Genesis 11:1-9) laat zien dat samenwerking krachtig is – zowel voor slechte als goede dingen. Uiteindelijk mislukten de plannen van de bouwers omdat ze de verkeerde motieven hadden. Toen ze niet meer elkaars taal spraken, viel hun plan in het water.
Stimuleer je kinderen om zich samen in te zetten voor een gezamenlijk doel, en bespreek wat dat een de moeite waard maakt. Heb je meerdere kinderen, dan kunnen ze het met hun broers en/of zussen doen, anders willen de buurkinderen of andere vriendjes en vriendinnetjes vast helpen. Bijvoorbeeld:
- Bouw samen een blokkentoren van Babel. Kunnen ze een bepaalde hoogte halen zonder dat hij omvalt?
- Maak samen een hut in de tuin of op zolder. Laat ze eerst bedenken wat ze nodig hebben (bijvoorbeeld kussens, dekens, stoelen), dan samen alles in elkaar zetten … met als einddoel een heerlijke plek om samen in te chillen!
- Kleur, maak en schrijf samen kaartjes voor mensen die wel een bemoediging kunnen gebruiken. Als ieder kind doet wat hij of zij leuk vindt (schrijven, kleuren, bedenken) wordt het vast een mooie samenwerking! Stuur de kaartjes vervolgens op.
- Volg samen een bouwinstructie van bijvoorbeeld Lego of K’nex. Een stevig lesje in samenwerking, zoals iedereen weet die weleens samen een IKEA-meubel in elkaar heeft gezet. 😉