Sara wordt begraven
Stap 8 – Route 1
Zet elke een week stap in de Samenleesbijbel en ervaar dat kinderen van 8-12 jaar zelf de Bijbel gaan ontdekken!
Lees samen het Bijbelgedeelte en bespreek de vragen of doe het opdrachtje. Bij elke stap vind je verschillende soorten verwerkingen zodat elk kind aangesproken wordt in zijn of haar leervoorkeur
Een graf voor Sara
Genesis 23:1-20
Sara sterft
1Sara leefde 127 jaar. 2Toen stierf ze in de plaats Kirjat-Arba, in het land Kanaän. Die plaats heet tegenwoordig Hebron. Abraham ging bij zijn overleden vrouw zitten. Hij huilde en rouwde.
Abraham wil een graf voor Sara kopen
3Toen het tijd was om Sara te begraven, ging Abraham naar de Hethieten. Die woonden toen in Kanaän. 4Hij zei tegen hen: ‘Mijn vrouw is gestorven en ik wil haar begraven. Maar ik ben een vreemdeling, ik bezit geen grond in jullie land. Daarom wil ik graag een graf van jullie kopen.’ 5De Hethieten zeiden: 6‘Luister. U bent voor ons een heel belangrijke man. En we weten dat God u beschermt. U kunt gerust uw vrouw begraven. En u kunt van ons het beste graf krijgen dat we hebben. Niemand zal u dat weigeren.’ 7Abraham maakte een diepe buiging voor de Hethieten die daar land hadden. 8-9Hij zei: ‘Jullie vinden het dus goed dat ik mijn vrouw begraaf in jullie land? Dan wil ik graag een eigen graf kopen. Aan de rand van het land van Efron, de zoon van Sochar, ligt een grot. Dat is de grot van Machpela. Die wil ik graag kopen voor de volle prijs. Willen jullie Efron vragen of hij dat goedvindt?’
Abraham betaalt Efron voor een graf
10Efron was zelf ook aanwezig bij de stadspoort. Hij antwoordde, en iedereen kon het horen: 11‘Geen sprake van! Ik geef het u cadeau, waar iedereen bij is. U krijgt dat stuk land en die grot van mij. Dan kunt u daar uw vrouw begraven.’ 12Abraham maakte weer een diepe buiging. 13Hij zei tegen Efron: ‘Maar luister alstublieft naar wat ik voorstel. Ik wil betalen voor die grond. Ik wil de prijs geven die de grond waard is. Neemt u dat geld toch van mij aan. En laat mij dan daar mijn vrouw begraven.’ 14Toen zei Efron: 15‘Die grond is 400 zilverstukken waard. Dat is niet veel voor u of voor mij. U kunt er dus gerust uw vrouw begraven.’ 16Abraham betaalde het geld: 400 zilverstukken. Dat was de prijs die Efron genoemd had. Want dat was de grond waard.
Abraham begraaft Sara
17-18Zo werd Abraham de eigenaar van het stuk land van Efron, en van de grot en de bomen op het land. Alle Hethieten bij de stadspoort hadden gezien dat Abraham dat stuk land kocht. Het land lag in Machpela, in de buurt van Mamre. 19Daarna ging Abraham zijn vrouw Sara begraven. Hij begroef haar in de grot op het land in Machpela, dicht bij Mamre. Daar ligt nu de stad Hebron, in het land Kanaän. 20Voortaan was Abraham dus de eigenaar van een stuk grond van de Hethieten en van de grot op die grond. Vanaf toen had hij een eigen graf.
Op de plek waar de grot van Machpela geweest zou zijn, is nu een stad.
Abraham koopt een stuk grond
Abraham betaalde 400 zilverstukken voor het stuk land dat hij kocht. Dat staat gelijk aan 5 kilo zilver, wat in die tijd een enorm bedrag was. Abraham had dus heel veel over voor het stuk grond dat hij kocht. En ook voor zijn vrouw Sara, die hij daar wilde begraven!
Een klein stukje
Kijk goed naar de plaatjes hieronder. Waarvan zie je een stukje?
Als je een klein stukje van een plaatje ziet, kun je bedenken hoe het hele plaatje eruitziet. Net zo kon Abraham bedenken wat Gods belofte was, omdat daar al een stukje van uitgekomen was.
Gods belofte komt uit
God had Abraham twee dingen beloofd:
- Abraham zou heel veel nakomelingen krijgen.
- Abraham en zijn nakomelingen zouden het land Kanaän in bezit krijgen.
In de verhalen die we hiervoor gelezen hebben, heb je kunnen zien hoe al een klein stukje van die eerste belofte uitkwam.
- Kun je vertellen hoe?
In het verhaal dat we zojuist gelezen hebben, komt een stukje van Gods tweede belofte aan Abraham uit.
- Kun je vertellen hoe?
Dit was het laatste verhaal over Abraham. Lees nu verder over Jozef.